Met snoeien wordt bedoeld het inkorten van uitlopers en met dieven wordt bedoeld het weghalen van zijscheuten uit de oksels van de plant. Gaat het om kleine ‘dieven’ (ze stelen voedsel van de plant, voedsel bedoeld om de vruchten te laten groeien) dan kun je die wel tussen duim en wijsvinger verwijderen, maar zijn ze wat groter gebruik dan een schoon scherp mes of scherpe schaar. Zorg dat de wond glad en strak is, dan heelt ze het snelst. 

 

Aubergine

Aubergine groeit met één stengel, tot op een bepaald moment het eerste bloempje verschijnt. Dit is meestal na de groei van zes bladeren.
Met de eerste bloem zijn ook al heel wat zijscheutjes zichtbaar. Al die zijscheutjes moeten verwijderd worden behalve de zijstengel onder het bloempje. Die laat je zitten!

Nu heb je nog 1 hoofdstengel met die ene zijscheut net onder het bloempje en het bloempje zelf. Deze zijscheut is de eerste extra stengel. Vaak wordt ook het eerste bloempje verwijderd om de plant extra groeikracht te geven.

Hoofdstengel en zijscheut worden ingevlochten in het touw dat bovenaan de kas vastgebonden is. Voor buitenteelt geldt een bevestiging aan een stevige, diepgeplante (tonkin)stok. 

 

Tot de bloei van de eerste vier bloemen verwijderen we nu alle nieuwe zijscheuten. Na de vierde bloem kun je kiezen voor een tweede zijscheut onder de vierde bloem. Ondersteun de plant stevig. De stengel is zwak, de aubergines worden zwaar. 

Zijn er bloemen schudt dan zo nu en dan aan de plant om een goede bevruchting (aubergine is een zelfbestuiver) te bewerkstelligen. 

 

Pas aan het einde van de 20ste eeuw wordt de aubergineplant in de moestuinliteratuur beschreven. Daarvoor niet, gewoon het is een te moeilijke plant. Sinds de komst van rassen die beter bestand zijn tegen ons klimaat komt daar verandering in. 

Aubergineplanten stellen weinig eisen aan de grond: Ze prefereren niet te zuur en goed waterdoorlatend. Maak de grond luchtig door de bovenlaag te mengen met compost. Als de bloempjes verschijnen, schudt dan de aubergineplant lichtjes, het helpt de zelfbestuiving. Het is een plant die van water houdt (en niet van droogte!) en die je best wekelijks kunt bijvoeden voor het beste resultaat. Anders dan bijvoorbeeld de tomaat vindt een aubergine het heerlijk zo nu en dan een plens water over zijn kop te krijgen. Beregenen mag dus.